Gisteravond vond in de Kroeg van Klaas in Groningen de laatste aflevering van Club Proza plaats. De deelnemers zitten weliswaar barstensvol nieuwe plannen en daar gaan we zeker meer over horen, maar gister was er even plek voor terugkijken en weemoed.
Bill Mensema sloot Club Proza af met onderstaande tekst:
Club Proza
Aan alles komt een einde. Ook aan
Club Proza, donderdagavond 21 februari 2019 voor de allerlaatste keer in de
Kroeg Van Klaas.
Zo’n zes jaar geleden bedachten
uitgever Anton Scheepstra & journalist/columnist Herman Sandman de
Prozaclub in mijn auto, op een donkere zondagavond in de polder, nadat we samen
met Meindert Talma in een Utrechts café zeer succesvol hadden voorgedragen in
het kader van de Culturele Week.
In het Groninger café Marleen
werd het plan nog eens doorgenomen met Marleen Vermooten, die de Songclub &
de Dichtclub al maandelijks op haar agenda had staan. De Prozaclub zou bestaan
uit de vier vaste leden Meindert Talma, Herman Sandman, journaliste/columniste
Rosa Timmer & ikzelf. Dat wij vieren de beste voordragers in de stad waren
was wel duidelijk. In ieder geval voor onszelf. Waarom zouden we anderen op ons
podium toelaten? Nee, daar zou het bij blijven.
Met enige media-aandacht ging de
Prozaclub voortvarend van start, maar er waren ook snel discussies. Wat te doen
als iemand verhinderd was? De journalisten onder ons hadden steeds vaker de
pieper op zak. Ook werden we het niet eens over de lengte van een voordracht
& de vraag of het niet beter was om toch ook anderen toe te laten.
Ondertussen bouwde Marleen een katheder
voor ons. Ik was er zeer blij mee, want ik hou er niet van om voor te dragen
met papieren in de hand, plus dat ik dan minder makkelijk mijn buik kan
verdoezelen. Het bouwwerk van Marleen hield stand & we gebruiken het nog
steeds.
De eerste van ons die het niet
langer kon bolwerken naast haar dagelijkse werkzaamheden was Rosa. Vanaf toen
werkten we met gasten, zoals schrijver Ronald Ohlsen die ook een begenadigd
spreker is, & ene Tjitske Zuiderbaan. Ik had geen idee wie zij was, maar ze
verscheen die eerste avond in het café met maar liefst veertig vrienden &
vriendinnen, die ze daarvoor nog gefêteerd had op een maaltijd bij haar
thuis.
Qua schrijven zat ik op dat
moment vast. Het was nog voordat ik aan mijn magnum opus ‘Boem!’ zou beginnen.
In die dagen probeerde ik diverse dingetjes uit, waaronder een ludiek verhaal
over seks onder een wel erg rumoerige ventilator die vlak voor het hoogtepunt
kapot gaat. Maar in plaats van de gebruikelijke tien bezoekers werd ik die
avond geconfronteerd met een volle zaal vrienden & vriendinnen van Tjitske.
Ik had niets anders bij me, dus ik was de sigaar, ik moest nu juist dat seksverhaal
voordragen, waarbij de mensen in het publiek mij met grote ogen aanstaarden, aangezien
ik natuurlijk alles ben behalve een bonafide seksgod.
Achteraf zat ik met schrijver Hubert
Klaver mijn ellende weg te drinken op het buitenplaatsje achter het café, toen
ik weer naar binnen werd geroepen. Meindert & Herman stelden voor om
Tjitske vast lid te maken van de Prozaclub, waar immers nog niet eerder zoveel
bezoekers waren geweest.
Begin 2015 stierf Jan Strikwerda,
de partner van Marleen. Het was een treurige gebeurtenis die we al een tijd
zagen aankomen. Dat luidde ook het einde in van café Marleen, maar niet nadat
Marleen al haar evenementen in de Kroeg Van Klaas had ondergebracht, waar ze
zelf ook weer achter de bar zou gaan staan.
Herman deed nog even mee op de
nieuwe locatie, maar moest uiteindelijk wegens tijdgebrek opzeggen. Waarop ik
José Cutileiro, die al een paar maal bij ons te gast was geweest, naar binnen
loodste.
José & ik kennen elkaar al
een eeuwigheid van gezicht, we bezochten vroeger dezelfde concerten & we zaten
allebei in rock bands, maar we begonnen pas echt met elkaar te praten op een
zondagmiddag in het Noorderplantsoen toen hij me vertelde mijn tweede boek
‘Fietsen Met Bob Dylan’ te hebben gelezen. Voorzichtig hengelde ik naar zijn
mening erover. Dat viel alleszins mee & uiteindelijk hadden we natuurlijk
erg veel gemeen.
Nadat ook Meindert ermee stopte
om verder te gaan met zijn eigen show in de Kroeg Van Klaas, ging de boel op de
schop. José kwam met het idee om elke avond met een etymologische rubriek te starten.
Ook werden José & ik de wisselende presentators van de Prozaclub. Daarvoor
was er nooit een presentator geweest om alles aan elkaar te praten.
Soms leek het een zootje, soms
wilden we er allemaal wel de brui aan geven, maar dan werd het weer zo’n
glorieuze avond, met goede verhalen & veel drank & nog meer gezelligheid,
waardoor de Prozaclub het wel weer een tijdje kon volhouden.
Op den duur werden we aangevuld
door Lieke Hofman & Leonieke Toering, waardoor we toch weer een vaste kern
hadden om mee te opereren.
Ook werd de naam gewijzigd in
Club Proza, probeerden we iets met een e-magazine & schreven we om de beurt
een maandelijkse aflevering voor een thriller die we Cliffhanger noemden,
waarbij we het de volgende schrijver steeds weer zo lastig mogelijk probeerden
te maken.
In Club Proza zitten niet zomaar
wat mensen. Dat was vroeger niet zo, dat is nog steeds niet zo. Het zijn
allemaal schrijvers die echt wel wat kunnen. Soms willen ze dat niet weten,
beschouwen ze zichzelf als goedwillende amateurs, maar ik weet dondersgoed dat het
echte schrijvers zijn.
Ik heb het geluk gehad om op Club
Proza dingen te mogen horen die me diep geraakt hebben. Zoals het Captain
Beefheart verhaal van José, over een concert in 1980 in een zaal in Roden van
de legendarische muzikant waar ik ook bij was & waar ik Rob – de Han uit
mijn boeken – voor het eerst tegenkwam. Het was ook de avond dat net bekend was
geworden dat Ronald Reagan de Amerikaanse presidentsverkiezingen had gewonnen.
Wij waren daar allemaal nog in shock over, maar Captain Beefheart wist het
gemeenschappelijke ongeloof meesterlijk te verwoorden die avond, net zoals José
dat moment perfect naar boven wist te halen in zijn verhaal & vooral in
zijn voordracht.
Lieke is de miniaturist van ons,
bij haar doet elk woord ertoe, ze is daar erg precies in. Wat leidt tot
prachtige composities, die vaak op één bladzijde geschreven zijn. Eens ging zij
verder, werkte ze door totdat ze drie bladzijden had. Het was een somber verhaal
over populisme in de toekomst, met executies op de Grote Markt. Ik ben
optimistischer dan Lieke, maar ik kon haar goed volgen & was al snel binnen
in het verhaal, waar de finale me bij de keel greep.
Leonieke was nog maar net lid van
Club Proza, of ze was zwanger. Vanzelfsprekend zouden een paar bijdragen daarover
gaan. Zo was er eentje over wat aanstaande ouders zoal moeten doen qua
voorbereiding & training voor het moment van bevallen. We zaten allemaal op
het puntje van onze stoel. Want Leonieke begon al schrijvende te zien waar het
allemaal echt om draaide & wat zij werkelijk van haar partner Eric verwachtte.
Zo nu & dan maakt je het mee: een verhaal waarin de schrijver al doende een
kern van het bestaan weet op te graven.
In het laatste jaar kwam Jirke
Poetijn de gelederen versterken. Al snel & terecht werd zij een
publieksfavoriet. Een vloeiende pen & een geëngageerde voordracht werken
natuurlijk altijd goed, maar wat ikzelf het leukste vind is dat Jirke durft te
experimenteren. Je weet nooit wat ze nu weer gaat doen & dat is mooi.
& dan was er natuurlijk altijd
weer onze Tjitske. Er kwamen steeds minder vrienden & vriendinnen mee, maar
zelf ging zij dieper & dieper, legde ze stukken van zichzelf bloot die de
meeste mensen angstvallig verborgen zouden houden. Soms was het zo heftig dat
je er tranen van in de ogen kreeg, dat je niets anders wou dan even je arm om
haar schouders leggen, soms bleef het daarna even stil.
Nu blijft het voor altijd stil,
want Club Proza is klaar. Het is over & uit. Ik ben dankbaar dat ik er deel
van heb mogen zijn, ik heb hier geweldige schrijvers gehoord & mooie
momenten beleefd. Dat we niet helemaal stoppen & dat het ook allemaal niet
zo definitief is als ik nu doe voorkomen, geeft hoop & dat klopt ook wel.
Toch is Club Proza zoals we het nu kennen voorbij. Dat is niet erg. Alles heeft
nu eenmaal zijn tijd.
© Bill Mensema